Het gazon water geven bij zomerse hitte
Water geven is één van de eerste aandachtspunten bij de verzorging, vooral als er niet genoeg natuurlijke neerslag valt. Als vuistregel geldt: een gazon heeft zo'n 20 tot 25 liter water per vierkante meter per week nodig, afhankelijk van de blootstelling aan de zon, van de temperatuur en van de wind.
Hoeveel water heeft een gazon nodig?
Hobbytuiniers onderschatten vaak hoeveel water een gazon vraagt. De vuistregel is 20 tot 25 liter per vierkante meter per week. Anderzijds is ook te veel water schadelijk voor het gazon, want het verdringt de lucht uit de bodemporiën en doet de wortels verrotten. Als je een bodemstaaltje hebt, ruik daar dan even aan. Als de grond stinkt of zelfs grijsblauw van kleur is, heb je zonder twijfel te maken met zuurstofgebrek en niet wegsijpelend water.
Tips om het gazon water te geven
- Eenmaal water geven per week is genoeg: geef ongeveer 20 liter per vierkante meter. Dit kan echter variëren, afhankelijk van de locatie en de weersomstandigheden.
- Leemachtige bodem: een leemachtige bodem die deze hoeveelheid water niet in één keer kan opnemen, geef je tweemaal kort na elkaar water of bijvoorbeeld de volgende dag nog eens. Daarna geef je een week lang geen water meer.
- Controleer de gelijkmatigheid: gebruik een watermeter om te controleren of het gazon gelijkmatig en overal water heeft gekregen.
- Timing: geef in principe ‘s ochtends vroeg of ‘s avonds laat water. Rechtstreeks zonlicht kan een vochtig gazon verbranden.
- Omgeving: als er bomen, struiken of heggen rond het gazon groeien, verhoog je de hoeveelheid water.
- Grote hitte: als het erg heet is op het hoogtepunt zomer geef je het gazon twee tot drie keer per week water. Doe dat ‘s ochtends vroeg of 's avonds.
Controleer hoeveel water het gazon opvangt
Als je geen watermeter hebt, kan je de hoeveelheid water die op je gazon terechtkomt ook controleren met behulp van meerdere glazen bokalen. Zet bijvoorbeeld jamglazen op verschillende plaatsen in je tuin neer. Nadat je het gazon gesproeid hebt, moet het water in de bokalen ongeveer twee centimeter hoog staan. Na een tijdje en een aantal pogingen kan je perfect inschatten hoelang je moet sproeien.
Steek ook op verschillende plaatsen een stevig mes of een spade een tiental centimeter in de grond en probeer er een bodemstaal uit te halen. De grond moet onderaan vochtig, maar niet nat zijn en de bovenste één tot twee centimeter mogen (en moeten) droog aanvoelen. Het mag in geen geval omgekeerd zijn: als het bodemstaal bovenaan vochtig en onderaan droog is, raakt het water niet tot waar het nodig is.
Verkeerd sproeien in de zomer
Mensen maken doorgaans de fout dat ze veel te vaak water geven en te weinig in één keer. Je ziet vaak gazons die tijdens de droge zomermaanden bijna elke avond licht besproeid worden. Het resultaat is dat het water alleen de viltlaag bereikt die meestal aanwezig is. In het beste geval bevochtigt het water slechts de bovenste paar millimeter van de bodem. Het gazon reageert hierop door zijn wortels dicht onder het bodemoppervlak te concentreren. Ook krijgen grassoorten de bovenhand die niet gewenst zijn in een tuingazon.
Ze leiden tot vervilting van het gazon en de viltlaag zuigt het weinige water als een spons op. Het gevolg: de bodem eronder krijgt geen vocht en aan de oppervlakte droogt de grond altijd weer uit. Het gazon lijkt “verslaafd” aan water. Als het gras het een paar dagen zonder water moet stellen, wordt het geel en bovendien veel gevoeliger voor schimmelziekten.